'Ik heb hun ogen blind gemaakt en hun hart koppig gemaakt. Zo kunnen hun ogen het niet zien en kan hun hart het niet begrijpen. Daardoor zullen ze niet bij Mij terugkomen en zal Ik hen niet genezen.'
‘God heeft hun ogen blind en hun hart ongevoelig gemaakt. Hij wilde niet dat zij inzicht en begrip zouden krijgen. Anders zouden zij naar Hem terugkeren en Hij hen genezen.’